Waterfestival – Bali

Onze laatste dagen in Yangon. De 13de april. Het waterfestival start, dit is het nieuwjaar van Myanmar. De helft van de stad ligt plat en iedereen verzamelt op de pleinen rondom. Kleine winkeltjes en straatrestaurantjes blijven open en vullen voor hun deur grote tonnen met water. Af en toe passeert er een pickup met feestende jongeren achterop. Over heel de stad zijn langs de baan bamboo podia opgesteld met tuinslangen en sommige met serieuze waterkanonnen. Iedere pickup die voorbij zo’n podium rolt wordt volledig nat gespoten. Zo vieren ze dat al hun zonden worden weggespoeld. Makkelijk hé, heel het jaar zondigen en dan in een dag alles kunnen wegspoelen.

We zien dat iedereen zich bewapend met waterpistolen. De dag voordien zaten we op een boemeltrein die rond Yangon rijdt. In de verte stond een klein jongetje met een plastiek zak te zwieren. Hij katapulteerde de zak richting onze wagon, ons open venstergat. Raak! Iedereen nat. Ik moet toegeven dat het een zeer mooi gemikt schot was van die bengel, zeer effectieve techniek. Waterballonen hebben ze hier niet nodig. Een simpel supermarktzakje vullen met water, dichtknopen, rondzwieren en op het goede moment lossen.

We gaan samen met twee Duitsers op oorlogspad. Gewapend met 4 kleine waterpistolen. In het park voor het stadhuis staat er een groot podium met live optredens van weet ik veel wie. Iedereen staat er te dansen en te springen. Het is zeer uitzinnig publiek. In het park worden we van alle kanten bestookt met water en hebben we al snel door dat we verloren zijn met onze waterpistooltjes. Een hele dag met water gooien in deze hitte is fantastisch en iedereen loopt er zo gelukkig rond.
De 14de verlaten we de pret en vliegen we richting Jakarta, Indonesië. Het was de bedoeling om eerst enkele dagen in Jakarta te blijven, maar na de wijze raad van enkele reizigers die er al geweest zijn hebben we besloten om een aansluitende vlucht te nemen naar Bali. Dus het wordt weer enkele dagen zon, zee, strand, surfen, jungle en vulkanen.

We landen in Bali en worden opgewacht door onze taxi. We verblijven in Canggu, iets verder weg van de toeristische uitgaansstadjes. Canggu bestaat uit enkele hoofdstraten met vele modewinkels, surfshops, gezellige restaurants. We verblijven in ElementsBnB. Een gezellig kleine hostel/BnB met een zwembadje. Op het strand huur je voor 4 euro’s twee ligbedden en een parasol. Het doet deugd om terug met de voetjes richting moedertje zee te liggen. Bali staat natuurlijk bekend als surfparadijs. Dus huren we elk een surfplank en trotseren we de golven. Het is te merken dat het al enkele jaren geleden is dat we dit nog eens gedaan hebben. Verzuipen is het goede woord. Ik zat meer onder water dan op mijn plank. Best dat we beiden goede zwemmers zijn. ’s Avonds eten we op een avondmarktje, het is er supergezellig ingericht en met de live band kan deze avond niet beter worden. De volgende dag terug het water in. Uiteindelijk lukt het mij om toch enkele golven te pakken met stijl. Liza op het strand met haar kokosnoot in de hand. Je verplaatsen in Bali doe je met een scooter. ’s Avonds rijden we naar een van de betere restaurants volgens TripAdvisor. In welk restaurant in België wordt je handje geschud wanneer je het restaurant binnenkomt, vragen ze vriendelijk hoe we heten en krijg je een fenomenaal gezellig plaatsje? Nergens nog of het is in een sterrenrestaurant waar je betaald om hun handje te schudden. Het is simpel maar uitstekend. We proeven voor het eerst een glaasje rode Balinese wijn en als dessert groene pannenkoeken. Zo vader zo zoon bestel ik als laatste nog een French koffie. Helaas weten ze niet wat het is en nemen ze me mee naar de bar. Ik toon hen de nog nooit geopende fles Cointreau en leg uit dat ze daar een beetje koffie moeten bij gieten. Uiteindelijk krijg ik een gewone koffietas met gelukkig niet teveel Cointreau in. Ik ben perfect gelukkig hiermee. De wijn hebben ze vergeten aan te rekenen dus geven we hen een iets dikkere fooi en zoefen we weg met de brommer. We zijn ook maar arme rugzaktoeristen.

De volgende ochtend staat iemand van de BnB aan ons bed. Ze zeggen dat we te weinig hebben betaald. We zouden nog eens hetzelfde bedrag dat ik al betaald had extra moeten betalen. Na een lange discussie heb ik er genoeg van. Boos zeg ik dat we niks extra betalen. Punt. En dat heeft dus weeral gewerkt. Het is jammer dat een mens zich moet kwaad maken om iets te bereiken, maar ik heb al gemerkt tijdens deze reis dat het soms niet anders kan. Blijkbaar heb ik een afgrijselijke smoel als ik kwaad word, want het is altijd in orde na mijn tirade.

Bali staat ook wel bekend om zijn corruptie. Alhoewel het blijkbaar de laatste jaren al beter is. We weten dat de politie nog steed corrupt is en onwetende toeristen aan de kant zetten om een beetje geld. Wanneer wij in een taxi zitten vraag ik de chauffeur waar ik een Indonesisch rijbewijs kan kopen. Geen probleem, hij kent een vriend bij de politie die dat kan regelen voor een prijsje. Uiteindelijk hebben we het toch niet gekocht omdat het blijkbaar niet meer zo nodig is als vroeger. Maar taxichauffeurs kennen altijd wel een vriend die iets kan regelen. Heb je iets nodig, neem een taxi.

Onze laatste avond in Canggu. We brengen onze brommer terug en wandelen in de winkelstraat. Liza vertoont hier typisch Westers gedrag. Winkeltje in, winkeltje uit, alles vastnemen. Gelukkig kan ik buiten telkens op de stoeprand wachten. We kopen in een nachtwinkel een verfrissingske en we nemen plaats aan de picknickbank die voor de winkel staat. Zo ontstaat er een grappige avond met wat locals, een Australiër en een Brit. Ze geven ons wat cola en wat zelfgemaakte whiskey. Het smaakt niet echt lekker. In Bali hebben ze een sterke drank die door iedereen afgeraden wordt omdat het eigenlijk een giftige werking kan hebben. Het heet “Raka”. In de loop van de avond vragen we aan de locals hoe het drankje eruitziet. Spontaan beginnen ze te lachen. Blijkbaar was het dus geen whiskey, maar die Raka die we kregen. Gelukkig is het niet de gevaarlijke versie ervan en is het heel onschuldig. Ook die Brit die al een tijdje op Bali woont heeft ervan gedronken en bevestigde wat de locals zeiden. Mama-regel nummer 1, nooit iets aannemen van vreemde mensen.

We nemen de boot naar Gili Trawagan. Hier zullen we terug onze twee Deense vriendinnen ontmoeten voor 4 dagen. Daarna varen we naar Lombok en gaan we opzoek naar de kolkende lava van een van de vulkanen.

3 reacties

  1. Mama
    ·

    Zulke mooie foto ’s en Liza wat een model. Om jaloers op te zijn .

    Beantwoorden

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *